In de categorie ‘Tuindagboek’ schrijf ik over wat me in de tuin is overkomen. Deze keer: afwachten of de tent wegdrijft…
We gingen weer niet op vakantie en mijn zoontje miste slapen in de tent. Ik wilde ook wel weer eens buiten slapen en zo kwam ik met het malle idee een tent op te zetten in de tuin. Nou is onze tuin niet groot. We hebben geen grasveld, wel een langwerpige patio achter het huis en een zitkuil van 2,4 x 1,6 m op het smalste stuk (exclusief twee rijen moestuinbakken die tot bankjes opklapbaar zijn). Ik ging op zoek naar een tent voor twee personen, tot ik er een vond die precies in de zitkuil paste met 2,1 x 1,4 m! We klimmen wel als het niet past, dacht ik.
Met de start van de zomervakantie begon ook mijn zoontje te vragen wanneer we in de tuin gingen slapen. Ik had onverwachts veel werk te doen en ik weet dat ik waarschijnlijk voor geen meter slaap in zo’n smal tentje met mijn zeer beweeglijke en praat-in-zijn-slaap gezelschap. Dus ik zei: zodra ik het af heb. Dan ging hij morrend naar bed.
Het was zo ver: ik had mijn werk af! Buiten rommelde de donder boven de stortregen. Maar beloofd is beloofd. Zodra het ’s ochtends droog was zette ik de tent op, bovenop de planken van de zitkuil. Het paste perfect, mét ruimte voor een smal paadje van de trap naar de opening. Lekker verstopt in het groen.
De eerste bui viel twee uur later. Het hoosde en ik dacht steeds dat het niet harder kon, maar de regen bewees het tegendeel. Heb ik de tent wel goed vastgezet? Met de beelden van Limburg, Duitsland en België vers in mijn geheugen zag ik door het raam de straat voor het huis onder water lopen.
Zodra de regen minderde trok ik mijn regenjas en slippers aan. Geen plas te zien en de tent stond nog op zijn plek. Alles was droog, behalve wat opgespatte druppels tegen de binnentent. De tent (en mijn tuin) hadden hun vuurdoop doorstaan.
Bij het zien van de tent klapte mijn zoontje juichend in zijn handen. Ik moest hem meenemen de tuin in om de tent te laten zien, want vanaf het huis zag je niks. Hij wilde er gelijk in en we luisterden naar de regen tot het etenstijd was.
Mijn zoontje is nog nooit zó vrijwillig naar bed gegaan. Een grote pad die bijna net zo groot was als onze wijlen Archimedes had een mooi plekje voor zichzelf gemaakt onder de luifel. Toen we aankwamen en ze begreep dat ze moest verkassen wandelde ze gepikeerd de regen. We kropen in onze slaapzakken en luisterden nog even naar de regen, daarna naar een audioverhaaltje. Gelukkig kwam er geen onweer meer. Met zijn gezicht in zijn knuffels viel mijn zoontje in slaap.
Ik had een boek meegenomen, maar de regen klonk zo fijn dat ik er slaperig van werd. Ik liep met een zaklamp terug naar binnen – de pad had opnieuw haar plekje onder de luifel ingenomen en leek erg chagrijnig – gebruikte de badkamer en gaf mijn man een knuffel en haastte me weer door de regen.
Zoals verwacht sliep ik voor geen meter. Mijn zoontje gelukkig wel. Toen ik ’s nachts eruit ging voor een paspauze werd hij wakker en moest daarna ook. Hij denderde met een zaklamp door de donkere tuin alsof hij Indiana Jones was. Ik had verwacht dat hij het spannend zou vinden, maar daar merkte ik niets van. Het duurde en het duurde. Uiteindelijk kwam hij terug met verhalen over nachtvlinders, wegspringende kikkers en padden.
We openden ’s ochtends de tent en kregen gelijk een heerlijk groen uitzicht. Ik verlangde wel terug naar mijn eigen bed, maar mijn zoontje wil er permanent zijn slaapkamer maken 😉
Wat een mooi verhaal!
Dank je wel 🙂
Héérlijk avontuur zo
Oh zálig! Ik sliep als kind ook dikwijls met vriendinnen in een tent in de tuin en sliep dan voor geen meter. Genieten was dat!🥰
Leuk avontuur