Vogelsporen in de sneeuw (zondag)
In de categorie ‘Tuindagboek’ schrijf ik over wat me in de tuin is overkomen. Deze keer: vreemd winters.
Al jaren heb ik hier aan de kust niet meer sneeuw in mijn tuin gezien dan maximaal een centimeter of twee. En dan nog, dat was altijd later in de winter. Maar het pak dat afgelopen zondag en gisteren viel is een stuk dikker (en niet te vergeten een stuk vroeger); het lijkt wel of ik op vakantie ben in mijn eigen tuin. Eindelijk gaan al die planten eens in winterrust die nog steeds enthousiast aan het bloeien waren alsof het midzomer was (ik kijk naar jou, knoopkruid!) En dan vind ik het toch weer extra genieten met een groene tuin. De mysterieuze silhouetten die zich aftekenen in licht en donker, vooral ’s avonds tegen de donkere lucht, gaven een prachtig panorama uitzicht vanuit de enorme raampartij in de woonkamer. De voortuin lijkt wel omringt door wolkjes, dankzij de ongesnoeide lavendel.
Ik wist één foto van mijn achtertuin te schieten toen die op zijn mooist was, gehuld in een dikke mantel van sneeuw en met wollige hoedjes op de zaaddozen, ’s avonds toen het al donker was.
Een dappere roos bloeit nog onder de sneeuw/ijs in mijn moeders tuin.
Het leukste van de sneeuw vind ik nog de vogels, met name de twee roodborstjes die schuilden in mijn tuinen, één in de voortuin onder de lavendel en één in de achtertuin, tussen de kamperfoelie. Ze hebben hun donsjasjes dik opgepoft om hun warmte wat te behouden en zoeken de beschutting van planten en huisjes. En in de sporen in de sneeuw zie je nu extra goed hoe veel dieren zo’n groene tuin toch stiekem herbergt.