Deze roze ooievaarsbek is, zoals veel soorten binnen dit geslacht, nog steeds bezig met bloeien – en is aantrekkelijk voor insecten.

Opnieuw een insectenplant: mijn wilde cichorei bloeit ook nog, hoewel de bloemen zich meestal gesloten houden vanwege het vochtige weer.

Bernagie of komkommerkruid, bloeit tot de winter echt invalt.

Rode spoorbloem en een klein bloemetje van robertskruid, een ‘onkruid’ die ik in mijn tuin vaak bewust laat staan vanwege de insecten die ervan profiteren.

Een gecultiveerde versie van duizendblad (Achillea filipendulina).

Een Campanula-soort (Campanula portenschlagiana); niet inheems maar wel degelijk veel bezocht door insecten. Deze heeft zich hier zelf gevestigd, in de rand tussen mijn huis en het terras net naast de deur. Ik vind hem zo mooi dat ik hem steeds heb laten staan en gezien zijn lange bloei (vanaf het late voorjaar) een prachtige plant.

Hier en daar bloeit er nog wat lavendel.

Mijn roos ‘New Dawn’ is nog steeds knoppen aan het maken, ik ben benieuwd of ze nog uitkomen of dat de kou sneller zal zijn.

Salvia ‘Hot Lips’ is een echte doorbloeier waarvan je kunt genieten vanaf de zomer tot aan de vorst.

Kruipende rozemarijn die bloeit – een beetje in de war, denk ik.

Knoopkruid, één van mijn favoriete planten (want wild en een zeer populaire plant onder allerlei soorten insecten), die al bloeide in juni en nog steeds knoppen blíjft maken.

De winterjasmijn – oké, een winterbloeier – maar is al begonnen met zijn gele bloemen met het vooruitzicht dat ik er de hele winter nog van mag genieten, ongeacht hoe koud het wordt.