Deze week houd ik het even iets simpeler en dus: zo ziet momenteel mijn voortuin eruit – lees verder over het hoe, wat en waarom.
Toen ik hier kwam wonen heb ik mijn heuse eigen Operatie Steenbreek uitgevoerd. Hier zie je de voortuin (foto gemaakt door de makelaar) in 2010 – met alle kleine trommelsteentjes die inmiddels de verhoogde borders en wanden van de zitkuil in de achtertuin uitmaken:
Nogal een verschil, nietwaar? Vergeleken met mijn jungle 😉
De aarde die onder de tegels zat was kaal en droog, echte arme zandgrond. Dat werd nog eens versterkt doordat de tuin lichtjes naar de straat afloopt, waardoor water en voedingsstoffen wegvloeien. Om dat laatste tegen te gaan heb ik een cirkelvormig grindpad gemaakt dat net iets lager ligt dan de beplanting; zo komt water onderweg meerdere hobbeltjes tegen, waar het infiltreert. Hier zie je het beter:
(foto van mei)
Qua beplanting wordt het steeds bushier. Dat is de bedoeling (daar hou ik van) – het is een eetbare tuin gericht op biodiversiteit (denk permacultuur en voedselbossen, of in mijn geval meer voedselstruweel). Omdat de aarde zo arm was heb ik eerst zo’n 5 jaar de successie versneld om de bodem op te bouwen – eerst groeiden er eenjarigen met een klein laagje compost, toen kruidachtigen, toen kleine struikjes. Dat heb ik allemaal gemaaid en ter plekke terug gelegd om het organisch materiaal op te bouwen en af en toe heb ik gevallen bladeren van bomen uit de buurt verzameld (of het stenen voortuintje van mijn buren geveegd in ruil voor hun bladeren) en dat over de aarde gestrooid. De plantenkeuze was, en is, voornamelijk soorten die voorkomen in de duinen hier vlakbij, want die zijn in die arme, zanderige bodems gespecialiseerd. Mocht je meer willen weten, hoe ik dat precies deed beschreef ik al eens in het stukje: Successietuin: van zandgrond naar bos.
Het voorste stukje, dat grenst aan de straat, heb ik expres armer gehouden door bijna al het snoeiafval niet daar ter plekke terug te leggen, maar achterin de voortuin. Daardoor heb ik nu verschillende bodems: achterin is die korrelig en donker, perfect voor o.a. de appel die er staat, voorin is die nog steeds zeer zanderig waardoor daar nu planten groeien als brem, gewone ossentong, (eetbare) siersalie (de ‘Hot lips’), middelste teunisbloem (eetbare bloemen, blad, wortel), venkel, Sint-Janskruid (de bloemen zijn goed voor een rustgevende thee), berglook (een heel leuk, decoratief klein uitje waarvan je de broedbolletjes en het look kunt eten), knoopkruid (eetbare bladeren en blad) en kruiptijm. Afgelopen jaar heb ik een groot deel van de ‘permanente’ (want wat is ooit permanent, hè) beplanting neergezet, die het meer bossig moeten gaan maken.
Langs het pad naar de voordeur, die de tuin afscheid met die van de buren, heb ik nu een fruithaagje aangeplant. Er staat van alles in: frambozen, een aalbes, fazantenbes, kruisbes, bottelroos (de Rosa nitida met kleine bottels geschikt voor de thee), erwtenstruik en een klein struikappeltje – leuk om van te snoepen als je er langs loopt, leuk voor mijn eigen zoontje straks en leuk voor de kinderen naast ons, die even oud zijn als hij. De randen heb ik afgewerkt met lavendel die, zoals je ziet, een beetje over het pad hangt. Dat is stiekem expres gedaan, want als je er tegenaan komt dan ruik je die heerlijke geur. In het midden van de cirkel staat inmiddels een gele kornoelje, die een boom moet gaan worden. Achterin staan ook fruitplanten: meerdere honingbessen en dan aan de ene kant een braam en een bottelroos (Rosa rugosa ‘Frau Dagmar Hastrup’ – de Roosvicee-roos) en aan de andere kant een appel.
Tussen de grote stenen naar de voordeur ligt grind, maar zoals je ziet groeien daar inmiddels heel wat planten tussen. Ik wil dit eigenlijk vergroenen, maar heb de tijd momenteel niet om actief iets aan te planten, en dus laat ik het meeste ertussen – voor nu in ieder geval – staan; planten die ik er niet vind passen haal ik wel wel weg, maar de meeste vind ik te mooi om te verwijderen. Zo groeit er heel wat bieslook in (weet je dat de meeste bieslook in mijn voortuin zichzelf daar gezaaid heeft?) en van het voorjaar bloeide er onderstaande schoonheid van een akelei. Vergroening laat ik nu dus maar door de natuur gebeuren en ik wacht af of ik dat zo laat.
Nog iets waar ik graag over wil vertellen zijn de klimplanten. Ik wil het afdakje en de gevel zo veel mogelijk vergroenen in verband met isolatie (het groen ‘filtert’ geluid van de weg aan de overkant van het water waar we op uitkijken en voorkomt dat de stenen erachter opwarmen, waardoor het huis ’s zomers koeler is), stedelijk klimaat (doordat de stenen gevel minder warmte kan opslaan koelt de omgeving beter af en wordt hittestress beperkt), voor de vergroting van het habitat voor dieren, eventueel als fijnstoffilter (klimplanten hebben die eigenschap, maar de mate waarin zal met mijn kleine beetje niet zo veel zijn) en natuurlijk omdat ik het gewoonweg een stuk mooier vind dan die kale, stenerige gevel(s). Â Tegen het afdakje heb ik daarom de klimroos ‘New Dawn’ groeien, een heerlijk geurende soort die ik eens gekregen heb en waar ik nog steeds heel blij mee ben, ondanks de gevulde bloemen. Daar doorheen groeit een Clematis (geen idee welke overigens) en eigenlijk nog een wilde kamperfoelie, die ik straks langs het afdakje naar de gevel wil trekken, maar dankzij de zanderige grond groeit hij behoorlijk langzaam. Tegen de gevel zelf groeit een Wisteria, een bekende tuinplant die stiekem ook stikstoffixerend werkt en met zijn enorme bladval in de herfst een goede bemesting is voor het meest voedselrijke gedeelte van mijn tuin. Aan de andere kant klimt een passiebloem, die ik een paar jaar geleden van mijn man kreeg. Het ding komt oorspronkelijk van de Dekamarkt en de kwaliteit was bij zijn komst al, nou, laten we zeggen armoedig. Hij heeft jarenlang voor gestaan, deed het amper, toen een jaar in de achtertuin en deed het daar ook amper. Ik kon hem steeds gemakkelijk uit de grond trekken, zo’n zielig worteltje had hij. Vorig jaar heb ik hem naast het raam gezet, aan de andere kant van de Wisteria – en ineens is hij ontploft. Het is echt bizar hoe groot en groen hij ineens al is en hoe enorm hij nu bloeit, terwijl ik het juist met het ding had opgegeven.
Het resultaat is misschien een beetje wild, maar wel heel vrolijk en uitbundig en er zijn meerdere mensen die regelmatig even blijven staan om te kijken en/of om de geur ervan op te snuiven. Bovendien gonst hij zelfs tijdens regen van allerlei insecten. De kleuren paars en geel overheersen nu, het staat prachtig bij elkaar, maar eigenlijk is dat vrij spontaan zo gekomen dankzij de teunisbloemen. Dat verrassingseffect is een van de leukste dingen aan een tuin en dat ik blij wordt als ik ernaar kijk is dan misschien nog wel het belangrijkste.
Update (16-11-2017):
Op verzoek van Mel nog twee foto’s van de fruithaag (weliswaar een tijdje later genomen, in november):
een echt paradijs
Dank je wel 🙂
Heel erg mooien inspirerend! Heb je toevallig ook een foto van de fruithaag? Ben wel benieuwd hoe die er uit ziet…
Heel erg mooi! Ooit hoop ik ook zo’n leuk tuintje te hebben 😉 Heb je toevallig ook een foto van de fruithaag? Ben wel benieuwd hoe die er uit ziet…
Dank je wel 🙂
Ik ga er z.s.m. wat foto’s van maken als ik even tijd heb.
Hoi Mel,
Het heeft even geduurd (ik vergat het steeds als ik er de kans voor had en dacht er juist aan als het niet kon) – ik heb eindelijk de foto’s van de fruithaag toegevoegd onderaan de blogpost. Ik hoop dat je de planten een beetje kunt onderscheiden (de bedoeling is dat ze door elkaar groeien, dat lukt, maar maakt het denk ik lastig goed te zien wat er precies staat); de kool die ertussen staat is nogal gegroeid en de struikjes zijn nog klein, dus de haag wordt hoger dan dat-ie nu is.
Schitterende symmetrie in het oorspronkelijke tuintje, twee boompjes, twee hoge bakken……..
Bij ons in de buurt hebben de buxusrupsen genadeloos afgerekend met alle keurige haagjes en bollen tussen de stenen. Oeh, leedvermaak mag niet.
Je hebt er een hele mooie voortuin van gemaakt!
Op de foto staan ze er inderdaad nog prima bij, maar van dichter bij werden ze ook al minder inderdaad. Was nog een hele klus alles eruit te halen, haha.
Dank je wel voor je compliment 🙂
Van een hondslelijk misbaksel naar een tuin zoals ik ze graag zie. Proficiat.
Dank je wel!
Een echt paradijsje is het geworden! Zo tof! Dat mottig, burgertrutachtig tuintje zou ik ook direct veranderen… Zeker de beplanting tot tussen de stenen is echt boeiend! Ik kijk steeds uit naar je berichten, toffe blog heb jij!
Dank je wel, wat leuk om te horen 😀
Mooi om te zien. Ik hou ook van weelderig en lekker wat wilderig. Prachtig.
Dank je wel, gelukkig ben ik niet de enige die van wat wilder houdt 😉
Heerlijk toch, de natuur een beetje zijn gang laten gaan.
Zeker, dan sta je ten minste ook nog voor verrassingen!
Blij dat er toch nog heel wat mensen zijn die blij worden van groen, bloemen, bijen, vlinders,… Je zou het haast vergeten als je al die buxustuintjes of erger nog, tegeltuinen, grindtuinen of siergrastuinen ziet. Je tuin moet een oase/kantine zijn voor bestuivers en vogels uit de wijde omtrek. En een paradijs voor je gezinnetje. Heel erg mooi! Daar wordt een natuurminnend mens zoals ik vrolijk van. En stiekem ook een beetje jaloers want ik ben er nog lang niet. 🙂
Ja, maar jij hebt dan weer grootse plannen waar ik jaloers van wordt 🙂 Dank je wel voor je complimenten Tom 🙂
Nog een vraagje Iris ivm je fruithaagje. Heb jij het kleinfruit geleid aan draden of laat je de struikjes gewoon vrij uitgroeien. Hoe breed verwacht je dat dit haagje zal worden? Ik heb een smalle lange strook (12 meter) beschikbaar waar ik liefst kleinfruit zou planten maar ik weet niet of de breedte voldoende is. Bedankt!
Mijn haagje houd ik smal, ca. 50 – 75 cm. Zonder draad, Maar het is hier dan ook goed bij te houden. Het stukje is zelf maar ca. 4-5m lang. Hoe breed is het stuk dat je voor ogen hebt? Ik heb in mij haagje veel planten staan die heel gemakkelijk te snoeien zijn, dus ok die manier train ik ze in de juiste vorm/ richting.
Als ik er nog comfortabel langs wil lopen (veel van die lekkere bessen hebben venijnige doorns 🙂 ) heb ik volgens mij zo’n 80 à 100 cm breedte ter beschikking. Vandaar dat ik dacht aan een constructie met palen en horizontale draden maar als dat niet echt nodig is bespaar ik me liever het werk en de kosten natuurlijk. 🙂
Grindtuinen, tegels…..het kan nog erger. Mijn relatief nieuwe buren hadden een mooi verwilderd grasveldje met madeliefjes etc. Dat is echter geruimd want niet goed voor de recent geboren baby. Echt waar, ik verzin het niet. Nu komt het: ze hebben KUNSTGRAS gelegd…
Uiteraard ontbreekt de loungeset niet
Dat maakt het beeld af! Haha
De mensheid wordt zotter en zotter…
Dat kom je inderdaad helaas wel vaker tegen.
Op kunstgras voetballen is uit den boze, maar in je tuin dan weer niet…kan het soms maar moeilijk volgen 🙂