Iris' Garden Ecology

Blog. Want een betere wereld begint in de eigen tuin!

Dood hout leeft! Wie zijn de afbrekers die het tot leven wekken? Een (visueel) overzicht

Dood hout, of het nou dik is of dun, staat of ligt of van loof- of naaldbomen komt, met dood hout in de tuin vergroot je de biodiversiteit. Met dit overzicht wil ik je laten zien hoe veel leven ervan profiteert en waarom dood hout leven toevoegt aan je tuin.

In dit overzicht zie je verschillende soorten die een rol spelen bij de afbrak van hout. Ik heb ze grofweg georganiseerd per fase, vanaf het moment dat het hout sterft (en soms al daarvoor) tot de molmfase, waarin het hout in vezels uiteen valt. De soorten zijn wisselend aanwezig en dragen aan elkaar het stokje over, als bij een estafette. Er zijn er natuurlijk nog veel meer, zoals de rupsen van vlinders en de maden van vliegen – dit plaatje is een versimpeling, met soorten die je vaker in de tuin tegenkomt.

Bovendien profiteren allerlei dieren van dood hout, ook al eten ze het niet en breken ze het zelf niet af. Daarvan staan ook een paar op het plaatje – om het verschil makkelijker te maken heb ik deze opportunisten geen naam gegeven, maar dat is niet erg want je herkent ze vast!

Speciaal gereedschap

Als een boom (of deel ervan) sterft zijn er vaak al schimmels en bacteriën aanwezig. Ze richten over het algemeen weinig schade aan zolang een boom gezond is. Maar als de boom verzwakt, sterft of valt, dan ‘ruiken’ ze hun kans en dringen dieper tussen het houtweefsel.

Hout is alleen heel lastig te verteren. Dat komt door het stofje lignine. Planten begonnen dat voor het eerst te maken rond het begin van de dinotijd, om zichzelf steviger te maken en te beschermen tegen bacteriën en schimmels. Die hadden daar niet meteen van terug! Dood hout stapelde zich op tot het zulke diepe lagen vormde, dat de onderste stammen tot steenkool werden samengeperst.

Maar zoals altijd in de geschiedenis (en eigenlijk met alles) kwam er uiteindelijk een tegenreactie. Schimmels ontwikkelden speciaal gereedschap, enzymen die lignine konden afbreken. En dat is maar goed ook, want in hout zitten allerlei stoffen ingekapseld die planten nodig hebben. Dankzij schimmels kwamen die weer vrij. En nog steeds zijn zij de belangrijkste afbrekers van hout. In het overzicht zie je dat ze eigenlijk door alle fases aanwezig zijn. De soorten wisselen, per fase, per houtsoort en zelfs per gebied, maar zij zijn verantwoordelijk voor het gros van de afbraak. Daarbij maken ze gebruik van de hulp van bacteriën, die dat kunstje zelf niet kunnen.

Gangen en gaten

Hoe fijner het hout, hoe makkelijker die schimmels hun werk kunnen doen. Denk maar aan jezelf: als je een hele grote hap doorslikt moet jouw lichaam ook meer werk leveren om die hap te verteren, dan als je het eerst fijnkauwt. Je kunt er flink buikpijn van krijgen! Nu hebben schimmels geen kaken en zonder hulp duurt het dan ook lang om hout te verteren.

Daar komen al die geleedpotigen (= insecten + kreeftachtigen zoals pissebedden + spinachtigen zoals mijten) goed van pas! In de beginfasen zijn er bijvoorbeeld allerlei kevers, zoals de boktor, de schorskever en de houtkever. Hun larven boren gaten in het hout en vreten gangen in het hout, waardoor de schimmels zich dieper door het hout kunnen verspreiden. De poep van de larven is bovendien ligninerijk voedsel voor bacteriën en schimmels. Kevers – en pissebedden, houtwesp-larven, springstaarten en mijten – ze kauwen of knippen het voedsel voor! De kniptor doet dat bijvoorbeeld ook – hij doet zijn naam eer aan. En ook slakken en nematoden zijn knippers. Ze dragen allemaal hun steentje bij, op verschillende momenten in het afbraakproces.

Krakers en rovers

Een dik stuk dood hout kan zo al snel een hele smeltkroes vormen van allerlei organismen. Dat trekt de aandacht van opportunisten. Zo gebruiken sommige bijen de oude gangen van keverlarven als nest. Dat zijn dezelfde bijen die je ook wel in je insectenhotel treft, want de gaten die wij in hout boren zijn voor hen kunstmatige kevergangen – dood hout is een natuurlijk insectenhotel. Houtmieren sprokkelen dan weer vochtig hout om zelf nesten mee te bouwen.

De bedrijvigheid trekt ook rovers. Duizendpoten eten bijvoorbeeld allerlei geleedpotigen, er zijn roofmijten die kleinere insecten en mijten eten en de springstaart, die meehelpt met het fijnkauwen van het hout, lust ook schimmels en bacteriën. Als je lang genoeg wacht komen op die kleine rovers vanzelf grotere rovers af, zoals spinnen, en dan nog grotere. Kikkers en padden verstoppen zich graag onder dood hout en gaan er ’s nachts op jacht naar alles wat kruipt, vliegt of springt. Egels profiteren daar weer van. En met geluk zie je zelfs een specht of boomklever.

De bedrijvigheid ín het hout werkt aanstekelijk voor buíten het hout. Juist daarom is dood hout zo belangrijk voor de biodiversiteit, zowel in bossen als in tuinen. Dood hout leeft!


Wat kun je allemaal met dood hout? Bouw er tijdelijke constructies mee, gebruik het als borderrand of als mulch, maak er hekjes mee… dat en nog veel meer ideeën, bouwtips en een overzicht van welk hout waarvoor geschikt is, dat vind je in mijn nieuwe boek Tuinlogica!

Tuinlogica: de natuur in je voordeel gebruiken met permacultuur

ISBN: 9789062245581

Uitgever: Vonk Uitgevers

Prijs: € 32,99

Bestel Tuinlogica via Groeneboekenshop! Uit op 17 maart 2023!

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.

%d bloggers liken dit: